Accreditatie en herregistratie

Accreditatiecommissie

De accreditatiecommissie van de NVAVG bestaat uit Mano Theunissen (voorzitter) en er zijn twee vacatures. De commissie beoordeelt voornamelijk de individuele aanvragen en de groepsbijeenkomsten die via GAIA ingediend worden. Leden kunnen algemene vragen stellen via secretariaat@nvavg.nl (Yvet Luthart). Betreft het een GAIA-aanvraag, stel dan je vraag via de vraagoptie in GAIA.

ABC1 (dus niet de accreditatiecommissie van de NVAVG) accrediteert voor huisartsen, specialisten ouderengeneeskunde en artsen VG. Het gaat hier om congressen, symposia en bijscholingen die door derden georganiseerd worden.

Taakopdracht van de commissie.

Hieronder vind je meer informatie over de accreditatieregelgeving. De onderwerpen staan op alfabetische volgorde.

ABC1

Op 1 januari 2010 werd een volgende stap gezet in de integratie van accreditatie van bij- en nascholing voor artsen verstandelijk gehandicapten, huisartsen en specialisten ouderengeneeskunde.
Vanaf deze datum wordt alle programma-accreditatie geaccrediteerd door één accreditatie-orgaan, het Accreditatie Bureau Cluster 1 (ABC 1). Alle aanbieders van deskundigheidsbevordering kunnen voor deze vorm van na- en bijscholing een aanvraag indienen bij het ABC 1. Accreditatie geldt voor alle genoemde beroepsgroepen.
Niet alleen wordt het aanvragen van accreditatie hiermee vereenvoudigd, de doelgroep waarvoor geaccrediteerd wordt is verbreed.

Regelgeving ABC1.

Artikelen – hoofdstuk in een boek

Alle artikelen in PubMed komen in aanmerking voor accreditatie, náást de lijst uit het beoordelingskader.
Sommige tijdschriften (bijvoorbeeld Medisch Contact) staan niet op de lijst in het beoordelingskader, omdat ze niet voldoen aan de gewenste opzet (oa abstract, methodiek, discussie, conclusies).
Artikelen voor het TAVG komen wél in aanmerking voor accreditatie, hoewel ze niet in het beoordelingskader staan.
Het schrijven van een (hoofdstuk voor een) boek is volgens de huidige regelgeving niet accreditabel.

Begeleiding van coassistenten

Het begeleiden van coassistenten levert geen accreditatiepunten op. Wel kun je punten krijgen voor de nascholing, die gericht is op het begeleiden van coassistenten.

Bijscholing buiten eigen vakgebied

De aanbieder van de scholing is verplicht alle bignummers van de deelnemers in te voeren. Je hoeft dus geen genoegen te nemen met een certificaat en je kunt ook je punten niet zelf invoeren in je persoonlijke dossier. Sommige aanbieders weten nog steeds niet dat zij ook bignummers van andere artsen dan waar accreditatie is aangevraagd kunnen invoeren. Als een nascholing bij ABC1 is geaccrediteerd, dan vallen die punten binnen vakgebied arts VG (+ SO en HA). Als een nascholing bijvoorbeeld door de vereniging van psychiaters is geaccrediteerd, dan krijgen de cluster 1 artsen punten ‘buiten hun vakgebied’. GAIA herkent gewoon hun bignummers.

College voor Accreditatie Cluster 1

Reglement.

Colleges geven

Het geven van colleges levert in de nieuwe accreditatieregelgeving geen punten op.
Het geven van voordrachten is wél accreditabel. Deze voer je zelf in via GAIA.
Het geven van een presentatie op een groepsbijeenkomst (bijvoorbeeld FTO) wordt niet gezien als een voordracht en is niet accreditabel.

Corona

  • Aangemelde groepen voor 2020 hoeven niet fysiek bij elkaar te komen. Zij kunnen ook voor een interactieve digitale werkwijze kiezen, bijvoorbeeld via Zoom of Teams.
  • Het minimale aantal bijeenkomsten is 4 in plaats van 6. Voor ‘vaste groepen’ geldt een minimum van 2.
  • Wat betreft de presentielijst: je kunt een screenshot maken van de deelnemers en/of de handtekeningen inscannen en in de deelnemerslijst plakken als afbeelding. Bij bijeenkomsten via Teams is het ook mogelijk om de inloggegevens op te vragen, zodat je kunt zien wie aanwezig was en hoe lang. Dit is bijvoorbeeld een optie bij bijeenkomsten die al geweest zijn. Dan is het ook mogelijk om de presentielijst later te laten tekenen (als mensen weer bijeen mogen komen) of om de ingescande handtekeningen als afbeelding in de presentielijst te plakken.

4 oktober 2020: Verruiming van de coulanceregeling herregistratie-eisen in verband met corona.

30 juli 2021: Update verruiming van de coulanceregeling.

E-learning

In eerste instantie gaat dit naar ABFE (Accreditatie Bureau Format E-learning) voor beoordeling qua format en didaktiek en daarna naar ABC1 waar inhoudelijke accreditatie plaatsvindt van de e-learning. De organiserende partij vraagt accreditatie aan. Dit gaat dus niet via de accreditatiecommissie van de NVAVG.

EKC

Elke groep dient een EKC te hebben om voor accreditatie in aanmerking te komen. De EKC vermeldt zijn of haar BIG-nummer bij de aanvraag in GAIA.
De EKC hoeft zich op dit moment nog niet te herregistreren, zoals dat bij bijvoorbeeld de huisarts wel het geval is. Wellicht verandert dit in de toekomst.
Wie dat wil, kan de opleiding tot EKC volgen via de NHG. De NVAVG organiseert zelf momenteel geen EKC cursussen. Wie de opleiding afgerond heeft, kan zich via het secretariaat van de NVAVG in te schrijven in het EKC register.

Disclosure sheets

Wie een presentatie tijdens een bijeenkomst geeft, dient vooraf de disclosure sheet te tonen.
Bij de informatie voor aanbieders van nascholing zijn nu ook de disclosure sheets toegevoegd.

Format groepsbijeenkomsten

Het formatgroepsbijeenkomsten is per juli 2010 ingevoerd. Gebruik dit format bij de accreditatie-aanvraag.
De contactpersoon/ EKC voert aan het einde van het jaar (of indien gewenst tussendoor) de punten in. Het invoeren van punten loopt vanaf 2013 niet meer via het secretariaat.
Van intervisiebijeenkomsten moeten verslagen op hoofdlijnen gemaakt worden.
De accreditatiecommissie heeft een handleiding gemaakt voor het gebruik van het format.

FTO (farmacotherapeutisch overleg)

Om voor accreditatie in aanmerking te komen, zijn er minimaal zes FTO’s per jaar. Elke bijeenkomst duurt minimaal één uur. Voorafgaand aan de eerste bijeenkomst dien je een jaarplan en een lijst met deelnemers in. Ook vermeld je wie de EKC van het FTO is en welke apotheker de bijeenkomsten bijwoont. De apotheker vult tijdens elke bijeenkomst de presentielijst in.

GAIA

De afkorting GAIA staat voor Gemeenschappelijke Accreditatie Internet Applicatie. Via deze applicatie worden uw bijscholingspunten bijgehouden.
Inloggen in je persoonlijke dossier.

GAIA nieuws voor aanbieders augustus 2014.

Kijk voor meer informatie over GAIA op www.knmg.nl/gaia. Daar vind je ook (beknopte) handleidingen van GAIA en een overzicht met veel gestelde vragen.

Bij de informatie voor aanbieders van nascholing zijn nu ook disclosure sheets toegevoegd.

Heb je een vraag over activeren of inloggen?
Kijk op www.knmg.nl/artsdossier. Telefoon: 088 – 440 42 42 (Artseninfolijn)
Of neem contact op met de GAIA Helpdesk.
(ma t/m vrij 09.00 – 17.00 uur):
E-mail: gaia@fed.knmg.nl

Heb je een vraag over (her)registratie? Kijk op
www.knmg.nl/rgs. Of neem contact op met de RGS:
Telefoon: (0880) 440 43 01

Overige telefoonnummers KNMG: zie het kopje KNMG.

Groepsbijeenkomsten – oa frequentie, duur

Om voor accreditatie in aanmerking te komen, vindt een groepsbijeenkomst minimaal zes keer jaar plaats. Elke bijeenkomst duurt minimaal één uur (FTO) of twee uur (overige groepen en intervisie). Indien een groep gedurende het jaar start, dan is het minimale aantal bijeenkomsten naar rato (bijvoorbeeld bij start per 1 juli is het minimum aantal bijeenkomsten 3). Voorafgaand aan de eerste bijeenkomst dien je een jaarplan en een lijst met deelnemers in. Ook vermeld je wie de EKC is. Bij een FTO geef je ook aan wie de apotheker is.

Er zijn verschillende soorten groepsbijeenkomsten, bijvoorbeeld regiobijeenkomsten, artsenoverleggen, intervisie en FTO’s. Je kunt deze bijeenkomsten niet combineren om tot zes bijeenkomsten te komen.
Een groepsbijeenkomst is de enige vorm van nascholing waarvoor ook halve punten gegeven kunnen worden. Alle overige nascholingen worden afgerond op hele punten.

Binnen de ABC1 regelgeving geldt het minimum van 6 bijeenkomsten voor de arts VG en voor de specialist ouderengeneeskunde (SO). De reden dat de frequentie voor huisartsen lager ligt, heeft te maken met de mogelijkheid voor huisartsen in het buitenland om dit type scholing te volgen. Vooralsnog wordt de minimale frequentie voor artsen VG niet aangepast. Wel zal opnieuw gekeken worden naar de regelgeving en zal bij het inhoudelijk overleg met SO, huisarts en arts VG besproken worden of dit aspect aanpassing behoeft.

(toets)Groepen, FTO

Zoals eerder gemeld scheid je bij de aanvragen de FTO’s en de overige toetsgroepen. Je kunt ze niet combineren tot één aanvraag.  Ingangsdatum: 2012, conform art. 2.1.2.1. van de regelgeving.

Minimale aantal bijeenkomsten per jaar:

  • FTO: 6 bijeenkomsten van minimaal 1 uur.
  • (toets)Groepen: 6 bijeenkomsten van minimaal 2 uur.

Herregistratie

Alle benodigde informatie over herregistratie als arts VG vind je u via de website van de KNMG. Hier kun je ook vragen stellen, als er onduidelijkheden zijn over je specifieke situatie. Herregistratie vindt dus niet plaats via de NVAVG.

Informatie over herregistratie-eisen door nieuwe regelgeving (brief RGS dd 05-10-2016).

Herregistratie en zwangerschap: Geef bij herregistratie aan in welke periode je zwanger was. Voor deze periode hoef je 12 accreditatiepunten minder te behalen.

Heb je een vraag over uw (her)registratie? Kijk op
www.knmg.nl/rgs. Of neem contact op met de RGS. Telefoonnummer: zie kopje KNMG.

Herregistratie in de coronacrisis

De Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS) bereidt maatregelen voor om de voortgang van de gezondheidszorg zo goed mogelijk te ondersteunen. Specialisten die zich moeten (her)registreren kunnen rekenen op medewerking van de RGS, zowel tijdens de coronacrisis als na afloop ervan. De RGS zal in redelijkheid en billijkheid meedenken bij het oplossen van eventuele individuele problemen. Lees verder.

Update 9 april 2020: Coulanceregeling RGS rond herregistratie
Alle specialisten en profielartsen behouden in 20202 hun registratie in de registers van de Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS). Specialisten en profielartsen waarvan de registratie eindigt tussen 1 maart 2020 en 1 januari 2021, worden niet uitgeschreven uit het register en blijven tot 1 januari 2021 ingeschreven. Met deze regeling hoopt de RGS specialisten en profielartsen zo min mogelijk te belasten tijdens de coronacrisis.
De RGS schrijft deze groep artsen de komende maanden wel aan om te herregistreren, zodat wie dat wil, een aanvraag kan indienen.
Ook ten aanzien van de eisen op het gebied van deskundigheidsbevordering en visitatie geldt een coulanceregeling.
Lees meer over herregistratie op de website van de KNMG. 

Individuele scholing

Vul je individuele scholing zelf in via je persoonlijke GAIA dossier. Lees vóór het invullen de handleiding en de regelgeving met criteria.
Mogelijk vraagt de accreditatiecommissie om aanvullende informatie. Je krijgt zes weken de tijd om deze informatie (via GAIA) te geven. Na zes weken wordt je aanvraag verwijderd.

Intervisie

Regelgeving intervisie 2018.

Jaarplan

Met ingang van 2013 zetten de groepen zelf hun jaarplan in GAIA. De accreditatiecommisie beoordeelt het plan vervolgens en het secretariaat koppelt de punten eraan. Met ingang van 2013 voert de groep ook zelf de punten in. Voor het invoeren van het jaarplan en het invoeren van de punten is een instructie geschreven.

KNMG contact

  • KNMG algemeen: 088 – 440 42 00
  • Artseninfolijn: 088 – 440 42 42
  • Bestuur & Directie: 088 – 440 42 03
  • Opleiding & Registratie: 088 – 440 43 00
  • Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS): 088 – 440 43 01
  • College Geneeskundige Specialismen (CGS): 088 – 440 43 50
  • Medisch Contact: 088 – 440 42 66

Kwaliteitsvisitatie

Kwaliteitsvisitatie levert de arts VG 25 accreditatiepunten op. Na afronding van je kwaliteitsvisitatie (en na het ontvangst van je certificaat) worden de punten automatisch bijgeschreven in je persoonlijke dossier.

Overige algemene vragen over kwaliteitsvisitatie worden zoveel mogelijk beantwoord op de pagina over dit onderwerp.

Medisch specialisten krijgen punten voor scholingsgroepen Cluster 1

Met ingang van 1 januari 2013 kunnen medisch specialisten ook accreditatiepunten ontvangen als zij deelnemen aan scholingsgroepen van Cluster 1 artsen, mits die door ABC1 geaccrediteerd zijn. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om toetsgroepen, FTO en intervisiegroepen. Eerder kregen medisch specialisten geen punten voor deelname aan deze groepen. De begeleider van de scholingsgroep (EKC of coördinator) zorgt voor invoering van de punten in GAIA.

Nascholing buiten het eigen vakgebied

Nascholingsagenda

Raadpleeg altijd de NVAVG nascholingsagenda om te kijken of een scholing voor artsen VG geaccrediteerd is. Staat de scholing er niet in, dan ontvang je geen punten. Je kunt deze punten niet achteraf (bijvoorbeeld bij de NVAVG) aanvragen. Wel is het mogelijk dat de scholing onder ‘nascholing buiten het eigen vakgebied’ valt (zie de tekst hierboven).

NVAVG accreditatie

De NVAVG accrediteert sinds 2010 niet meer. Dit wordt geregeld door ABC1 (zie ABC1).

Presentielijst

Bij elke groepsbijeenkomst wordt de presentielijst getekend.

Regelgeving

De meest recente regelgeving.

Richtlijnen

Het schrijven van vastgestelde richtlijnen wordt geaccrediteerd. Voor de criteria: zie de regelgeving, paragraaf 3.1. Er zijn ook NVAVG stukken (bijvoorbeeld een competentieprofiel, professioneel statuut, handleerboek etc.) die geen richtlijnen zijn. Deze worden dus volgens de ABC1-normen niet geaccrediteerd. De NVAVG kan de ABC1-normen niet wijzigen en dient zich hieraan te houden. Daarom kunnen er geen uitzonderingen worden gemaakt.

Supervisie

Alleen supervisie in groepsverband wordt geaccrediteerd, mits wordt voldaan aan de regelgeving zoals beschreven in artikel 3.7 (blz. 16) van de regelgeving. Individuele supervisie wordt dus niet geaccrediteerd.

Vaste groepen

De criteria voor vaste groepen zijn:

  • De groep start direct na het afsluiten van de opleiding tot arts VG.
  • Er zijn minimaal drie deelnemers.
  • De groep opereert landelijk.
  • Er zijn minimaal twee bijeenkomsten per jaar.
  • Een bijeenkomst duurt minimaal vier uur.
  • De invulling van het programma wordt bepaald door de groep, maar is bij voorkeur geen intervisie. Bij uitzondering mag het intervisie zijn, die gekoppeld is aan de betreffende groep.
  • Minimaal één van de deelnemers is EKC.

Verslag

Aan het einde van het jaar (en uiterlijk vóór 1 april van het volgende jaar) dien je alle presentielijsten en verslagen in, zodat de punten in de persoonlijke GAIA dossiers gezet kunnen worden. De verslagen dienen volgens het format opgesteld te worden en niet volgens de template die GAIA aangeeft.

Visitatie

Het verstrekte certificaat kun je uploaden via GAIA, persoonlijk leerplan. Het certificaat wordt verstrekt wanneer de visitatoren het secretariaat van de NVAB hebben laten weten dat aan de eisen van de NVAVG is voldaan. Daarna volgt toekenning van 25 punten. Zie ook de vragen en antwoorden over kwaliteitsvisitatie.